Japanse eisen > De hofreis

 

De shogun verplicht de VOC regelmatig een delegatie naar zijn hof in Edo (het huidige Tokyo) te zenden. Op deze manier wordt hun trouw getoond. Deze reis wordt de hofreis genoemd. De eerste hofreis vindt plaats in 1609, en vanaf 1633 wordt het een jaarlijkse gebeurtenis. Het Nederlandse gezelschap bestaat uit het opperhoofd - de hoogste koopman in rang -, andere compagniesdienaren, een chirurgijn, dragers van draagstoelen, tolken, paarden en bagage. De gehele reis duurt zo een drie maanden, waarvan men twee tot drie weken in Edo verblijft. De totaal afgelegde afstand is meer dan 2000 kilometer.

Eenmaal in het paleis van de shogun moet het opperhoofd, na eindeloos lang wachten, in de 'zaal der honderd matten' verschijnen. De shogun blijft onzichtbaar achter een scherm en richt zich nooit rechtstreeks tot zijn bezoek. Het opperhoofd biedt de geschenken aan en werpt zich op de grond, een eerbetoon aan de shogun. Nadat de geschenken aan de shogun zijn overhandigd krijgen de daimyo, Japanse krijgsheren in de entourage van de shogun, ook geschenken. Aan het einde van het bezoek krijgen de Nederlanders een traditioneel geschenk, dertig zijden kimono's ('Keyserlijcke rokken').

Na 1790 besluit de VOC, vanwege de hoge kosten, de reis slechts éénmaal per vier jaar te volbrengen. De delegatie wordt vanaf dat moment beperkt tot het opperhoofd, de chirurgijn en de pakhuismeester. De gehele stoet van meereizende Japanse tolken, bewakers, beambten, verzorgers en lastdragers bestaat echter nog steeds uit een paar honderd man. Wel worden elk jaar nog geschenken gebracht. Meestal doen tolken dit.

De laatste hofreis vindt plaats in 1850. In totaal zijn 186 hofreizen gemaakt.

Lees meer over:
de Verenigde Oostindische Compagnie
de VOC in Japan
de eisen

Voorbeelden uit deze collectie Japanse eisen

Bekijk alle afbeeldingen uit deze collectie