Het Marsdiep (tussen Texel en Den Helder) en het Vlie (tussen Vlieland en Terschelling) vormden eeuwenlang de belangrijkste verbindingswegen tussen de Noordzee en de Zuiderzee.

Het passeren van deze zeegaten en het varen op de Waddenzee was niet zonder gevaar. Dit kwam door de voortdurende verandering van getijdegeulen, de vorming van zandplaten en een gebrekkige betonning. Veel zeeschepen liepen vast of sloegen van hun ankers en zonken. Maar ook binnenvaartschepen en 'lichters' (die werden ingezet bij het laden en lossen van de zeeschepen) zijn op de Waddenzee vergaan.

Op kerstavond 1593 vergingen op de rede van Texel 44 koopvaarders tijdens een hevige storm. Dergelijke taferelen herhaalden zich in de loop der eeuwen.
De Waddenzee heeft zich daardoor ontwikkeld tot een uniek archeologisch gebied met honderden grote en kleine scheepswrakken vanaf circa 1500 tot heden.

Op deze site zijn vondsten opgenomen afkomstig van één van deze koopvaarders, in de wandelgangen 'Scheurrak SO 1' genoemd. Dit schip was geladen met graan uit het Oostzeegebied en is waarschijnlijk vergaan tijdens de kerstnacht van 1593.

Bekijk objecten van Scheurrak SO 1