Cookies

Deze website maakt gebruik van cookies voor het optimaliseren van de gebruikservaring.

  • functionele cookies

    Functionele cookies zijn noodzakelijk om de goede werking van deze website te garanderen. 

  • analytische cookies

    Cookies van Google Analytics en Hotjar worden door deze website gebruikt voor het anoniem analyseren van het gebruik van de website. 

  • tracking

    Deze website maakt optioneel gebruik van de zogenaamde Facebookpixel (tracking cookie) om advertenties te plaatsen die voor jou interessant kunnen zijn. Meer informatie over de privacy-aspecten hiervan is te vinden op Facebook

Ga naar content
Dekolonisatie

Het verborgen verhaal van de koto

De kleurrijke rokken en bijzonder gebonden hoofddoeken worden met trots gedragen door de Afro-Surinaamse vrouwen. De klederdracht is vanaf de tijd van de slavernij in Suriname ontwikkeld. Zowel de geschiedenis als de moderne draagwijze zit vol betekenis. De koto vertelt daarmee het verhaal van generaties vrouwen die leefden in het koloniale verleden.

Surinaamse klederdracht
De volumineuze koto (rok) bestaat uit meerdere lagen van gesteven rokken. De angisa (hoofddoek) is een gesteven doek met een symbolische betekenis. De Surinaamse vlag is een veel gebruikte print, als ook de herinnering aan de afschaffing van de slavernij. De yaki (bovenkleding) staat wijd uit en kan uit dezelfde stof zijn gemaakt.

Koto vertelt het verhaal generaties vrouwen
Al generaties lang gaat het verhaal rond dat de klederdracht werd bedacht door jaloerse vrouwen van slavenhouders, die de lichaamsvormen van de tot slaaf gemaakte vrouwen wilden bedekken. Zo zouden de echtgenoten niet verleid worden door de vrouwen. Anderen denken dat het juist de vrouwen zélf waren, die met deze kleding de plantage-eigenaren van hun lijf probeerden te houden. Het is niet helemaal zeker hoe deze verhalen zijn ontstaan. Maar de koto draagt de herinnering aan grootmoeders en overgrootmoeders met zich mee en de koloniale geschiedenis die zij hebben doorstaan.

Klederdracht spreekt eigen taal
De tot slaaf gemaakte Afro-Creoolse vrouwen ontwikkelden vanuit de invloed van verschillende culturen een heel diverse stijl. Zo zijn er korte rokken, langere yaki, verschillende patronen, kleuren en wikkeldoeken. Voor gelegenheden, zoals verjaardagen, bruiloften en begrafenissen, zijn er speciale koto’s. Ook de bijbehorende angisa, de hoofddoek, kent haar eigen taal. De manier van binden en vouwen, maar ook het patroon kan voor ingewijden een boodschap zijn. “Let them talk” of “wacht op me op de hoek”, om bijvoorbeeld een geliefde uit te nodigen.